Een geslaagde schadevergoedingsvordering op basis van de onrechtmatige daad moet aan een aantal vereisten voldoen. Eén hiervan is het causaal verband. Het is niet altijd makkelijk dit causaal verband aan te tonen. In de rechtspraak heeft zich een leerstuk ontwikkeld om dit probleem te omzeilen. In de betreffende uitspraak past de rechtbank Rotterdam dit leerstuk van de proportionele aansprakelijkheid toe.
Vereiste van causaal verband
Voor een succesvol beroep op de onrechtmatige daad van artikel 6:162 BW moet aan een aantal voorwaarden zijn voldaan. Eén hiervan is causaal verband tussen de onrechtmatige gedraging en de schade. Dit betekent dat de onrechtmatige gedraging de oorzaak moet zijn van de schade. Met andere woorden moet er zonder de onrechtmatige gedraging geen schade zijn ontstaan.
Roken en asbest
Onder sommige omstandigheden is het erg lastig om dit causaal verband te bewijzen. Het bekendste voorbeeld is de rokende werknemer die tijdens zijn werkzaamheden met asbest in aanraking komt (het arrest Nefalit/Karamus, ECLI:NL:HR:2006:AU6092). Bij deze werknemer wordt vervolgens longkanker vastgesteld. De vraag rijst waardoor de ziekte precies is veroorzaakt: het roken of het werken met asbest.
Een schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad kan, zoals opgemerkt, alleen slagen als het slachtoffer kan bewijzen dat zijn schade (de ziekte) is veroorzaakt door de onrechtmatige gedraging (het laten werken met asbest). Dat is een bijna onmogelijke taak: de werkgever zal betogen dat de longkanker ook door het roken kan zijn ontstaan. Deze oorzaak kan het slachtoffer haast niet uitsluiten, waardoor hij niet zal slagen in zijn bewijs dat de ziekte door de asbestblootstelling is ontstaan.
Om dit probleem van de bewijsonmogelijkheid aan de kant van het slachtoffer te ondervangen, heeft zich het leerstuk van de proportionele aansprakelijkheid ontwikkeld.
Ingeademd asbestkristal
Ook in de recente uitspraak van de rechtbank Rotterdam ging het om een werknemer die werkte met asbesthoudende materialen en door inademing van een asbestkristal longkanker door asbest kreeg (mesothelioom). De werknemer overleed aan de gevolgen hiervan en zijn erfgename stelt een schadevergoedingsvordering in jegens de Stichting Reserve die de aansprakelijkheid van NDSM zou vergoeden.
Bij het bewijzen van het causaal verband doet zich ook hier een moeilijkheid voor. De werknemer is namelijk bij twee verschillende bedrijven met asbest in aanraking gekomen, NDSM en Duyvis. Er kan niet bewezen worden dat het asbestkristal daadwerkelijk bij NDSM is ingeademd. Wel is erg aannemelijk dat het asbestkristal afkomstig van één van deze bedrijven uiteindelijk de ziekte moet hebben veroorzaakt.
Proportionele aansprakelijkheid
Door toepassing van het leerstuk van de proportionele aansprakelijkheid lost de rechtbank het probleem op dat voor het slachtoffer ontstaat als het causaal verband niet kan worden bewezen. Toepassing van dit leerstuk leidt ertoe dat de werkgever vergoedingsplichtig is voor het deel van de schade dat gelijk is aan de procentuele kans dat zijn onrechtmatige daad de schade heeft veroorzaakt. Hiervoor moet wel aan een aantal voorwaarden zijn voldaan.
Vereisten proportionele aansprakelijkheid
Ten eerste moet er een ‘redelijke mate van waarschijnlijkheid’ bestaan dat er sprake is van een causaal verband tussen de schade en de onrechtmatige daad. Daarnaast moet het feitelijk onmogelijk zijn om vast te stellen dat het asbestkristal is ingeademd. In deze zaak was hieraan voldaan, omdat met voldoende zekerheid kon worden gezegd dat het asbestkristal bij NDSM of Duyvis zou zijn ingeademd, maar het wel feitelijk onmogelijk was dit vast te stellen. Ten derde moet het ‘uit overwegingen van redelijkheid en billijkheid’ onaanvaardbaar zijn om deze onzekerheid over het causaal verband geheel ten laste te leggen van een van de partijen.
Oordeel rechtbank
De rechtbank oordeelt dat aan bovenstaande voorwaarden is voldaan en past het leerstuk van de proportionele aansprakelijkheid toe. In deze zaak komt de rechtbank uit op een verdeling van 70-30 wat betreft de schadevergoedingsplicht.
De rechtbank schat op basis van rapporten dat de kans dat het asbestkristal is ingeademd bij NDSM ongeveer 70% is geweest. Omgekeerd is de kans dat de longkanker door asbestblootstelling bij Duyvis door de rechtbank op 30% geschat. Hierbij neemt de rechtbank in aanmerking dat de werknemer vaker en intensiever met asbest heeft gewerkt bij NDSM dan bij Duyvis.
Nu de kans dat het onrechtmatig handelen van NDSM de schade heeft veroorzaakt op 70% wordt geschat, is Stichting Reserve op basis van het leerstuk van de proportionele aansprakelijkheid (voorlopig) ook voor 70% vergoedingsplichtig.
De vergoedingsplicht is voorlopig op (minimaal) 70% vastgesteld, omdat het Duyvis nog vrij staat om te betogen dat hij voor minder dan 30% vergoedingsplichtig hoort te zijn. Afhankelijk van dat betoog zou de vergoedingsplicht van Stichting Reserve nog hoger kunnen worden dan 70%.
De volledige uitspraak van de rechtbank Rotterdam is hier te lezen (ECLI:NL:RBROT:2023:5841).
Vragen?
Heeft u vragen of zoekt u een advocaat die is gespecialiseerd in het aansprakelijkheidsrecht en letselschade? Neem vrijblijvend contact op.
Salva Schaderecht is een advocatenkantoor gespecialiseerd in aansprakelijkheid, letselschade en verzekeringsrecht.
Salva Schaderecht | info@salvaschaderecht.nl | 085 800 8080 | Jansbuitensingel 7, 6811 AA Arnhem