Geen verzekering voor geannuleerd festival: assurantietussenpersoon aansprakelijk?

Evenementenverzekering

Het organiseren van evenementen vergen veel voorbereidingen. Het is belangrijk dat alles goed verloopt. Het sluiten van de juiste verzekeringen is hier onderdeel van. De bekende band Rammstein had op 10 juni 2020 en 24 juni 2020 twee concerten gepland in Oostende en Nijmegen. De coronapandemie en de daaraan verbonden maatregelen gooiden echter roet in het eten. De evenementen moesten worden geannuleerd. De evenementenorganisator Greenhouse, die de evenementen had gepland, heeft vervolgens een beroep gedaan op de dekking van deze evenementen en heeft contact opgenomen met haar assurantietussenpersoon Elswout. Er blijkt geen verzekering af te zijn gesloten. Wie is nu aansprakelijk voor de schade?

Geen verzekering voor festival

Greenhouse heeft in juli 2019 contact opgenomen met haar assurantietussenpersoon Elswout voor verzekeringsdekking voor de geplande evenementen van Rammstein. Zij heeft vervolgens op 4 oktober 2019 opdracht gegeven aan haar assurantietussenpersoon om de evenementen onder de dekking te laten vallen. Ten tijde van de aanvraag van de dekking heeft Elswout contact gehad met meerdere verzekeraars. Deze verzekeraars hebben akkoord gegeven op de dekking. Ondanks dat Elswout nooit een bevestiging heeft gekregen van beursmakelaar Klap van de opgemaakte polis, heeft zij Greenhouse in oktober 2019 wel bevestigd dat er dekking is. Doordat er geen polis is opgemaakt, heeft de klant de offerte nooit kunnen accepteren. Acceptatie van een verzekeringnemer is van groot belang voor de totstandkoming van een overeenkomst. Door het ontbreken hiervan heeft er geen totstandkoming van de verzekeringsovereenkomst plaatsgevonden. Greenhouse kreeg echter wel bevestiging van Elswout, waardoor zij in de veronderstelling was dat er sprake was van dekking.

Greenhouse heeft Elswout in een brief aansprakelijk gesteld. Elswout heeft vervolgens doorverwezen naar Klap (beursmakelaar), omdat zij meent dat Klap er niet voor heeft gezorgd een polis op te maken. Klap heeft ook aansprakelijkheid afgewezen, waarna Greenhouse de twee partijen voor de rechter heeft gedaagd.

De zorgplicht van een assurantietussenpersoon, hoe zit het ook alweer?

Een assurantietussenpersoon moet op grond van artikel 7:401 BW bij haar werkzaamheden de zorg te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend tussenpersoon mag worden verwacht. Zij moet als assurantietussenpersoon waken voor de belangen van haar opdrachtgever, de verzekeringnemer. Immers, dit is haar taak. Hoever deze zorgplicht reikt is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Vooral de aard en inhoud van de opdracht en de belangen van de opdrachtgever spelen daarbij een rol. De zorgplicht vergt in ieder geval een actieve en voortdurende bemoeienis door de assurantietussenpersoon om te bewerkstelligen dat de belangen van zijn opdrachtgever ter zake van elk van die verzekeringen steeds adequaat zijn gediend.

Klik hier voor meer informatie over de zorgplicht van een assurantietussenpersoon.

Tussenpersoon aansprakelijk gesteld

Greenhouse vordert primair dat Elswout tekort is geschoten in haar taken en zorgplicht als assurantietussenpersoon en dat zij is gehouden de schade te vergoeden die Greenhouse onder de beoogde polis vergoed zou hebben gekregen. Dit onderbouwt Greenhouse met het feit dat Elswout geen zorg heeft gedragen voor de totstandkoming van de verzekering, terwijl zij wel bevestiging van de dekking heeft gegeven. Dit is allereerst door verzuim aan de zijde van Klap, maar doordat zij een hulppersoon van Elswout in de zin van artikel 6:76 BW is, blijft Elswout aansprakelijk jegens Greenhouse. Daarnaast heeft Elswout meerdere fouten gemaakt die ertoe hebben geleid dat de verzekering niet tot stand is gekomen. De fouten zien onder meer in het ten onrechte bevestigen van de dekking en het pas maanden later constateren van de niet ontvangen dekking.

Hiernaast vordert Greenhouse subsidiair dat Klap gehouden is (het restant van) de schade te vergoeden die Greenhouse onder de beoogde polis vergoed zou hebben gekregen. Greenhouse stelt dat Klap onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld door haar buitencontractuele zorgplicht te schenden. De belangen van Greenhouse zijn verwaarloosd doordat Klap de totstandkoming niet heeft bewerkstelligd.

Hoe oordeelt de rechter?

De rechter heeft de rechtsverhouding aangemerkt als een overeenkomst van opdracht, zoals neergelegd in artikelen 7:400 BW e.v. Gelet op de taak van Elswout als assurantietussenpersoon, is de rechtbank van oordeel dat zij haar zorgplicht heeft geschonden. Elswout heeft Greenhouse in oktober 2019 gemaild met bevestiging van de dekking, terwijl zij geen navraag heeft gedaan bij Klap en achteraf bleek dat dit niet het geval was. Greenhouse mocht door deze bevestiging er van uitgaan dat er dekking was gegeven. Hiernaast heeft Elswout pas in februari 2021 navraag naar de polis gedaan bij klap en heeft zij onvoldoende weersproken dat zij haar verzuim nog zou kunnen herstellen als zij eerder navraag had gedaan. Toen Elswout erachter kwam dat er geen dekking tot stand is gekomen, was de coronapandemie reeds aangebroken en wilden verzekeraars de aangevraagde dekking niet meer verlenen. De verweren van Elswout gaan niet op en de rechter komt dan ook tot oordeel dat Elswout toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst van opdracht met Greenhouse.

De rechtbank oordeelt dat Elswout verplicht is de schade te vergoeden aan Greenhouse. In de vrijwaringszaak komt de rechter tot het oordeel dat Klap door haar fout deels gehouden is Elswout te vrijwaren. Elswout zal de helft van de schade kunnen verhalen op Klap.

Conclusie

De reikwijdte van de zorgplicht van een assurantietussenpersoon beperkt zich niet alleen tot zijn eigen fouten, maar kan ook zien op verzuimen van ingeschakelde hulppersonen. Een assurantietussenpersoon moet daarnaast waken voor de belangen van zijn opdrachtgever en er mag dus een actieve en voortdurende bemoeienis worden verwacht om er zeker van te zijn dat de belangen van zijn opdrachtgever steeds op een juiste manier zijn gediend. In onderhavige zaak heeft de assurantietussenpersoon niet alleen een onjuiste bevestiging gegeven, er is ook in een te laat stadium navraag gedaan naar de polis.

Klik hier om de volledige uitspraak te lezen van de rechtbank Amsterdam van 8 mei 2024 (ECLI:NL:RBAMS:2024:2635).

Vragen?

Heeft u vragen of zoekt u een advocaat die is gespecialiseerd in aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht? Neem vrijblijvend contact op.

Salva Schaderecht is een advocatenkantoor  gespecialiseerd in aansprakelijkheid, letselschade en verzekeringsrecht.

Salva Schaderecht | info@salvaschaderecht.nl | 085 800 8080 | Jansbuitensingel 7, 6811 AA Arnhem

Menu